Nieuw pensioenakkoord

Juni 2019

Hoera, het is er! Na 10 jaar discussie tussen Rijk en sociale partners. Iedereen blij, zo lijkt het. Maar, wat is er nu wel en niet duidelijk? En wat betekent dit voor u, onze deelnemer?

Duidelijk is dat de AOW-leeftijd en daaraan gekoppeld de pensioenleeftijd langzamer omhoog gaat. Nu zou al in 2021 de AOW- en pensioenleeftijd 67 zijn. Dat wordt in het nieuwe pensioenakkoord 2024. U kunt trouwens bij het POB wel eerder met pensioen, maar dan ontvangt u nog geen AOW.

Verder gaat de doorsneepremie verdwijnen. Daar komt een zogenoemde leeftijdneutrale premie voor in de plaats. Iedereen betaalt nog steeds dezelfde premie, maar bouwt dan anders op. Jongeren bouwen in het nieuwe systeem meer op per jaar dan ouderen, maar de waarde van de jaarlijkse opbouw is gelijk voor jong en oud. Omdat geld van jongeren langer kan renderen, krijgen zij een hoger opbouwpercentage. Dat is eerlijker, omdat bijna niemand meer 40 jaar bij dezelfde baas werkt en dus niet meer verplicht hoeft te sponsoren in de beginjaren.
Gelukkig blijven risico’s gedeeld door alle deelnemers zoals het er nu uit ziet.

Veel grote fondsen dreigen te moeten korten vanaf volgend jaar, die hebben een te lage dekkingsgraad. Daarom werd er veel druk uitgeoefend op de onderhandelingen. Belangrijk punt is dat er minder buffers nodig zijn bij het nieuwe pensioenakkoord, waardoor bij een dekkingsgraad boven de 100% niet gekort hoeft te worden. De keerzijde is dat er bij kleinere buffers sneller gekort moet worden als de dekkingsgraad onder de 100% komt.

Dat is bij POB niet aan de orde, wij staan er goed genoeg voor. Wij hebben de pensioenen zelfs kunnen verhogen (indexeren) dit jaar. Voor ons zal het nieuwe pensioenakkoord waarschijnlijk betekenen dat we de pensioenen nog sneller kunnen verhogen.

Er is nog heel veel onduidelijk dat nog verder moet worden uitgewerkt door sociale partners. Bijvoorbeeld hoe de deelnemers die niet profiteren van het afschaffen van de doorsneepremie moeten worden gecompenseerd. Het duurt dus nog even voor we u kunnen vertellen welke gevolgen dat voor u heeft.

We houden u op de hoogte!

Margreet Teunissen
Voorzitter POB

Wat vindt u?

Reageer via het feedbackformulier. Klik op de knop ‘Geef uw feedback’ rechtsonder op deze pagina. Uw reactie kan worden gepubliceerd.

Reactie 1

Toch ben ik 1 van die mensen die over drie jaar 40 jaar in dienst zijn bij bibliotheek Zoetermeer. En dat 1 maand voordat ik 65 jaar wordt.

Margreet Teunissen:

Dank voor uw reactie. Voor u betekent dit pensioenakkoord dus in ieder geval dat u eerder met pensioen kunt in combinatie met uw AOW.

Dit komt omdat de AOW datum ten opzichte van wat het nu is, vervroegd wordt.

Reactie 2

Dat door het akkoord snellere indexatie mogelijk is, zou erg fijn zijn.

Margreet Teunissen:

Het klopt inderdaad dat indexeren sneller kan. Vanaf een dekkingsgraad van 100%. Dat is nu bij een dekkingsgraad van 110%. Het POB heeft in januari al 70% van de inflatie geïndexeerd. In de nieuwe  situatie zou dat dus hoger worden. Daar staat tegenover, als de dekkingsgraad lager dan 100% wordt, er ook eerder gekort wordt dan nu het geval is. Daar is bij het POB nu echt geen sprake van, omdat het POB er goed voor staat. Maar we weten natuurlijk niet hoe dat in de toekomst zal zijn.

Reactie 3

Het onderstaande stuk tekst in de mail is voor mij niet duidelijk:

"Verder gaat de doorsneepremie verdwijnen. Daar komt een zogenoemde leeftijdneutrale premie voor in de plaats. Iedereen betaalt nog steeds dezelfde premie, maar bouwt dan anders op. Jongeren bouwen in het nieuwe systeem meer op per jaar dan ouderen, maar de waarde van de jaarlijkse opbouw is gelijk voor jong en oud. Omdat geld van jongeren langer kan renderen, krijgen zij een hoger opbouwpercentage. Dat is eerlijker, omdat bijna niemand meer 40 jaar bij dezelfde baas werkt en dus niet meer verplicht hoeft te sponsoren in de beginjaren. Gelukkig blijven risico’s gedeeld door alle deelnemers zoals het er nu uit ziet."

Kan iemand dit beter toelichten?

Margreet Teunissen:

De doorsneepremie is een ingewikkeld begrip. Het is gebaseerd op solidariteit tussen ouderen en jongeren in het huidige stelsel. Nu betaalt iedereen binnen een verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfonds zoals het POB, eenzelfde percentage pensioenpremie. Ook bouwt iedereen eenzelfde percentage pensioen op. Dat noem je opbouwpercentage. Maximaal is dat 1,785% per jaar bij een pensioenleeftijd van 67 jaar. Dus ongeacht de leeftijd. Dat systeem gaat veranderen als de doorsneepremie wordt afgeschaft.

Iedereen binnen een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds blijft hetzelfde premiepercentage betalen. Maar jongeren krijgen een hogere opbouw daarvoor terug. Ouderen een lagere opbouw. Het probleem dat daarmee wordt opgelost is dat jongeren ouderen niet meer indirect ‘subsidiëren'. Dat is nu wel het geval. Vroeger maakte dat niet uit, want alle werkenden waren ooit jong en later oud, dus betaalden eerst meer, maar als zij ouder worden waren er genoeg jongeren die dan weer voor hen betaalden. Dat wordt ook wel de solidariteit genoemd. Nu werken veel mensen niet meer aansluitend 40-45 jaar en ook niet meer bij dezelfde baas.

Het gaat wel ten koste van de solidariteit, maar wordt wel eerlijker. Zeker nu mensen vaker van baan wisselen, soms perioden zonder werk hebben, of wisselend in een baan of als ZZP'er werken. Omdat risico’s wel gedeeld worden, blijft gelukkig toch een stukje solidariteit overeind.

Reactie 4

Ik heb en had altijd vertrouwen in ons POB bestuur. Dankzij de goede contacten naar en met de (toekomstige) deelnemers.