Goed nieuws voor iedereen: we leven gemiddeld langer. Nederlandse meisjes die in 2016 geboren zijn, worden gemiddeld 93 jaar oud. Twee jaar geleden was de levensverwachting nog 92,2 jaar. Jongens worden waarschijnlijk 90,1 jaar oud, een kleine stijging ten opzichte van 2014. Toen was dat nog 89,9 jaar. Dit heeft het Koninklijk Actuarieel Genootschap (AG) berekend.
Waarom is dit belangrijk voor pensioenfondsen?
Deelnemers van het pensioenfonds ontvangen pensioen vanaf de pensioendatum, zolang ze leven. Hoe langer mensen leven, des te langer moet er pensioen uitgekeerd worden en des te duurder is het voor een pensioenfonds. Daarom moet het pensioenfonds elk jaar inschatten hoeveel deelnemers er nog leven op hun pensioendatum en hoe lang zij na hun pensioen blijven leven.
Waar komen deze gegevens vandaan?
Om een zo betrouwbaar mogelijk beeld te krijgen zijn veel gegevens nodig. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) verzamelt die gegevens uit alle bevolkingsregisters van gemeenten. Daarbij maakt het CBS een kansberekening voor de hele Nederlandse bevolking. Het Koninklijk Actuarieel Genootschap (AG) vertaalt deze statistische gegevens naar een levensverwachting voor werknemers. Hiermee kunnen pensioenfondsen en levensverzekeraars aan de slag. Het AG doet dat elke twee jaar.
Pensioenfondsen gebruiken deze cijfers om te bepalen hoeveel premie en buffers ze nodig hebben om de pensioenopbouw te kunnen betalen. Zo zorgen ze ervoor dat er voldoende geld is om alle pensioenen in de (verre) toekomst te kunnen betalen. Dit heeft gevolgen voor de financiële positie van pensioenfondsen. Hoe langer mensen leven, des te duurder is het en daardoor daalt de dekkingsgraad (= de belangrijkste graadmeter voor de financiële positie).
Ook belangrijk voor de AOW-leeftijd
Ook voor de overheid zijn de gegevens van het AG belangrijk. De leeftijd waarop iemand voor het eerst AOW-pensioen van de overheid ontvangt, stijgt naar 67 jaar in 2021. Op basis van de levensverwachting bepaalt het kabinet of de AOW-leeftijd verder omhoog gaat. Hoe ouder we worden, des te later krijgen we AOW-pensioen.
Het AG schat in dat de AOW-leeftijd in 2022 moet stijgen naar 67 jaar en 3 maanden en in 2027 naar 68 jaar. Of de AOW-leeftijd daadwerkelijk omhoog gaat, beslist het kabinet. De kans is groot dat dan ook de pensioenrichtleeftijd van de opgebouwde pensioenen bij pensioenfondsen moet gaan stijgen.
Meer informatie
Het kabinet neemt uiterlijk 1 januari 2017 een besluit over de AOW-leeftijd en de pensioenrichtleeftijd voor pensioenregelingen. Over het AOW-pensioen vindt u meer informatie op de website van de SVB.
Welk effect de nieuwe cijfers hebben op onze financiële positie en onze pensioenregeling, weten we nog niet exact. Wij houden u op de hoogte.