Actuele cijfers

Financiële positie

De financiële positie van POB is af te leiden uit de zogeheten dekkingsgraad. De dekkingsgraad wordt uitgedrukt in een percentage. De dekkingsgraad geeft aan hoe financieel gezond we zijn als pensioenfonds. Het is de verhouding tussen ons vermogen en onze verplichtingen.

Ontwikkeling dekkingsgraad

In onderstaande grafiek ziet u hoe de (voorlopige) dekkingsgraden van POB zich de afgelopen maanden hebben ontwikkeld. Onder deze grafiek krijgt u meer uitleg over deze dekkingsgraden en wat zij betekenen.

Deze grafiek is voor een deel gebaseerd op voorlopige cijfers. De definitieve cijfers vindt u terug in de jaarverslagen op de pagina Documenten.

Wat betekenen de percentages?

Een dekkingsgraad van 100% betekent dat een pensioenfonds precies genoeg geld heeft om alle pensioenen uit te betalen, maar op lange termijn geen geld overhoudt voor bijvoorbeeld de administratiekosten of kosten voor vermogensbeheer of het verhogen van de pensioenen.

Welke dekkingsgraden zijn er?

In de grafiek zijn 4 dekkingsgraden opgenomen:

De actuele dekkingsgraad (= zwarte lijn)

Dit is een momentopname aan het einde van elke maand. Op de laatste dag van elke maand maken we de balans op. Alle informatie wordt verzameld en op de tiende werkdag geven we dit voorlopige percentage door aan De Nederlandsche Bank. Vanaf dat moment publiceren we het nieuwe cijfer ook in de grafiek.

De beleidsdekkingsgraad (= donkerblauwe lijn)

Een voortschrijdend gemiddelde van de afgelopen 12 actuele dekkingsgraden. De beleidsdekkingsgraad is bepalend voor het bestuur bij het nemen van besluiten, bijvoorbeeld over het wel of niet verhogen van de pensioenen voor werknemersoud-werknemers en gepensioneerden. Daarnaast is de beleidsdekkingsgraad belangrijk bij waardeoverdrachten. Een pensioenfonds mag een waardeoverdracht alleen in behandeling nemen als de beleidsdekkingsgraad hoger dan 100% is. Voor kleine pensioenen tot € 592,51 (2024) bruto per jaar geldt deze beperking niet.

De vereiste dekkingsgraad (= lichtblauwe lijn)

Deze dekkingsgraad geeft aan of POB een tekort aan reserves heeft. Als de beleidsdekkingsgraad daalt tot onder de vereiste dekkingsgraad, moet ons fonds een herstelplan indienen bij toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB). In dit herstelplan moet staan hoe POB ervoor zorgt dat binnen 10 jaar de beleidsdekkingsgraad weer boven de vereiste dekkingsgraad komt te liggen.

De minimaal vereiste dekkingsgraad (= paarse lijn)

Deze dekkingsgraad is belangrijk bij het bepalen of POB een dekkingstekort heeft. Dit is een absolute ondergrens. Als de beleidsdekkingsgraad op 31 december van 6 opeenvolgende jaren onder deze minimaal vereiste dekkingsgraad ligt, moet ons fonds direct maatregelen nemen. Dan moet ons fonds de pensioenen verlagen. Dit geldt voor alle betrokkenen: de opgebouwde pensioenen gaan dan omlaag, maar ook de pensioenen die op dat moment al uitgekeerd worden. POB doet er alles aan om dat te voorkomen.

Invloeden op de dekkingsgraad

Ons fonds heeft verplichtingen. Onze belangrijkste verplichting is het uitbetalen van de pensioenen. Aan u, en aan alle andere deelnemers. Nu en in de verre toekomst. Ons fonds berekent elke maand hoe hoog die verplichtingen zijn. Volgens de wet moeten we onze verplichtingen berekenen op basis van de rentestand op dat moment. De rentestand heeft zo invloed op de dekkingsgraad van ons fonds. En uiteindelijk ook op de hoogte van de beleidsdekkingsgraad.

U las hierboven al wat het verschil is tussen deze twee dekkingsgraden. Naast de rente hebben ook onze beleggingen invloed op de dekkingsgraad. Lees verder als u wilt weten wat de invloed van de rente en onze beleggingen precies is.

Een lage rente

Hoe hoger de rente, hoe beter dat is voor de financiële positie van een pensioenfonds. Een lage rente is dus níet gunstig voor onze financiële positie. Het is een beetje vergelijkbaar met een lage rente op uw spaarrekening. Is de rente laag? Dan houdt u later minder geld over dan bij een hoge rente.

Zo werkt het voor een pensioenfonds ook. AIs de rente laag is, moeten we nu meer geld hebben. Anders kunnen we straks niet aan onze verplichtingen voldoen. We moeten nu als het ware meer geld op de bank op hebben staan om later alle pensioenen te kunnen betalen.

Onze verplichtingen zijn bij een lage rentestand dus hoger. En dat zorgt voor een lagere dekkingsgraad.

Een hoge rente

Een hoge rente is dus juist goed voor de financiële situatie van een pensioenfonds. Ook hier weer de vergelijking met geld op uw spaarrekening. Als de rente hoog is, krijgt u meer geld van de bank dan bij een lage rente. Zo werkt het ook bij pensioenfondsen. Staat de rente hoog? Dan hoeven we nu minder op de bank hebben staan om later genoeg geld te hebben voor alle pensioenen.

Onze verplichtingen zijn bij een hoge rentestand dus lager. En dat zorgt voor een hogere dekkingsgraad.

Beleggingen

In werkelijkheid zetten pensioenfondsen (bijna) geen geld op de bank. Pensioenfondsen beleggen hun geld, omdat beleggen op langere termijn meer oplevert. Ons fonds belegt daarom ook.

Als onze beleggingen het goed doen, groeit ons vermogen. Gaan de beleggingen niet goed, dan vermindert ons vermogen. Meer vermogen zorgt voor een hogere dekkingsgraad.

Lees meer over de beleggingen van ons fonds.

Hoe kan de actuele dekkingsgraad stijgen en de beleidsdekkingsgraad dalen? 

Dit is mogelijk omdat de beleidsdekkingsgraad een gemiddelde is over de laatste 12 maanden. Dit percentage is minder gevoelig voor schommelingen in de rente en beleggingsopbrengsten.